Door verhuizingen afgelopen jaren heb ik een tijdje zonder eigen verfplek gezeten. Maar nu, gesetteld op een vaste plek, heb ik er weer een in kunnen richten. In de jungle van de tuin en met eindelijk een doel voor een stel overtollige grindtegels heb ik afgelopen weekend geverfd in mijn gloednieuwe joekel van een ketel. Fijn!
Het doel was groen. Ik was al een paar keer het verven met rietpluimen tegengekomen, en erg onder de indruk van de prachtige groene kleur die dat opleverde. Dus de week ervoor geplukt en dit weekend ermee aan de slag. Ik nam de rietpluimen, natte lap wol en aluin samen in de ketel en begon te stoken. Er gebeurde pas wat bij 85 graden, ineens kleurde het water paars en begon kleur af te geven. De lap ging in circa een uur van wit naar geel naar geelgroen. Aardig, maar niet naar tevredenheid. Als ik het stuk van Distelpluis lees, die succesvol met rietpluimen verfde, heb ik veel meer nodig. Iets voor een volgende keer. Plan is om dan de rietpluimen in een kleine koperen ketel op het gasfornuis tegen kookpunt aan te houden, zo’n 1,5 uur. En dan te zeven en een verfbad maken, ben erg lang bezig geweest met het losplukken van stukjes rietpluim.
Ik had als back up al een bos boerenwormkruid, ijzersulfaat en guldenroede. Vrolijk verder de guldenroede en wat ijzer. Uiteindelijk 3 lappen geverfd, twee zijn licht appelgroen geworden en de laatste, heeft er een hele nacht in gelegen, zit wat tegen legergroen aan. Ik ben wel tevree. Zeker met het resultaat, maar helemaal met de fijne waterdichte ketel en een goede stookplek met veel trek.